De uitzichtloosheid van een machopolitiek in Afghanistan

De Navo heeft een punt als ze ervoor pleit Afghanistan niet aan zijn lot over te laten. De vraag is of een militair apparaat het juiste instrument is om de Afghanen de vrede en de stabiliteit te geven die ze verlangen.
Europese landen begrijpen nog niet goed wat er in Afghanistan op het spel staat, zegt Amerikaans minister van Defensie Robert Gates. Hij weet dat uiteraard wel. Als de missie van de Navo in Afghanistan zou mislukken, dan wordt dat land opnieuw een rovershol waar allerlei terroristische organisaties zich kunnen hergroeperen en nieuwe plannen beramen voor grootschalige aanslagen –ook in Europa, weet Gates. De inzet van soldaten is dus een eenvoudige kwestie van welbegrepen eigenbelang. Belgisch minister van Defensie Pieter de Crem is het daar volkomen mee eens en beloofde daarom vier Belgische gevechtsvliegtuigen en 140 bijkomende manschappen. Die versterking wordt gelegerd in Kandahar, het vroegere bolwerk van de Taliban.
Gates en De Crem hebben een punt als ze ervoor pleiten Afghanistan niet aan zijn lot over te laten. De Afghanen zijn de voorbije dertig jaar gebruikt door mondiale en regionale grootmachten om hun oorlogen uit te vechten. In de jaren tachtig versloegen de Amerikanen er de Sovjets, de Saudi’s bekampten er Iran, Pakistan won het even van India, Oezbeken en Tadzjieken stonden tegenover Pathanen en Baloechi’s… De Afghaanse mudjahedeen waren daarbij weliswaar geen willoze pionnen op het geopolitieke schaakbord. Maar de wereld heeft een schuld uitstaan tegenover de Afghanen, zoveel is duidelijk. Het beste antwoord op de opeenvolgende oorlogen is een stabiele Afghaanse staat die zijn burgers rechten garandeert en toekomst biedt.
De vraag is of een militair apparaat het juiste instrument is om dat antwoord te geven. Sinds de omverwerping van de Taliban eind 2001 leeft Afghanistan onder een de facto bezetting door buitenlandse troepen en bestuurt de Afghaanse regering onder de facto curatele van de westerse alliantie. Daardoor werd de strijd om de macht in Afghanistan ook een strijd tegen de Europese en Amerikaanse broodheren van het huidige regime. De westerse alliantie wordt in Afghanistan ook verantwoordelijk gehouden voor de keuze om vooral te investeren in een grote militaire aanwezigheid in plaats van in een coherent en volgehouden ontwikkelingsplan voor Afghanistan.
De miljarden dollars die intussen uitgegeven zijn aan Afghanistan, zijn in grote mate gegaan naar buitenlandse legers, consultants en dienstverleners. Dat de Afghanen daarover gefrustreerd zijn, hoeft niet te verwonderen. Ze kennen en erkennen zelfs het argument dat je maar kan ontwikkelen als er vrede, of tenminste stabiliteit heerst. Zij hebben de voorbije zes jaar echter met handen en voeten proberen uitleggen aan de “internationale gemeenschap” dat vrede en stabiliteit maar mogelijk worden indien er echt geïnvesteerd wordt in het heden en de toekomst van de Afghanen in rurale gebieden.
Tevergeefs. Half 2002 richtten Amerikanen en Britten bovendien de onrustige blik westwaarts, naar de nieuwe oorlog die ze tegen Irak wilden beginnen. Daardoor werden middelen, mensen en aandacht weggepompt uit Afghanistan, waardoor zelfs geen schijn van volgehouden engagement meer overbleef. Het nu al enkele jaren groeiende geweld in Afghanistan wordt door Navo-strategen voorgesteld als een eindstrijd tussen de beschaving (de VS, Navo en hun bondgenoten en de krachten van de duisternis (de Taliban en hun bondgenoten of broodheren van Al Qaeda).
Daarbij wordt gemakshalve voorbijgegaan aan de etnische spanningen binnen Afghanistan. Zelfs bij de bekendmaking van recordoogst na recordoogst in de opiumteelt doet men alsof het enkel om talibanplantages zou gaan. De opbrengst van het illegale goedje zou alleen maar dienen om de opstand tegen de welmenende coalitie te spekken –terwijl iedere Afghaan weet dat allerlei krijgsheren en lokale machthebbers ook betrokken partij zijn. Zij financieren er ook privélegers en -milities mee, die door de Navo ongemoeid worden gelaten omdat ze op dit moment niet in actie komen tegen de westerse militairen én omdat erkenning van hun aanwezigheid het nette zwart-witbeeld danig zou verstoren. De reële tekening van het geweld in Afghanistan is niet noodzakelijk fraaier of hoopgevender, maar het vereist wel een radicaal andere aanpak dan de oorlog die nu woedt en uitgelokt wordt met de Taliban.
Als de Afghaanse clans, partijen, organisaties en volkeren voor het realiseren van een omvattend ontwikkelingsplan niet alleen buitenlandse financiële en technische steun, maar ook militaire aanwezigheid zouden vragen, dan zou het inzetten van soldaten een uitstekende investering zijn. Het feit dat die logica nu omgedraaid wordt –eerst sturen we legers en dan willen we de hearts and minds veroveren door Provinciale Reconstructie Teams– doet vermoeden dat het niet de toekomst van de Afghanen is die op het spel staat, maar de toekomst van een militair bondgenootschap.
Twee cruciale elementen in de huidige Navo-discussie en in de beslissing van minister van Aanval De Crem versterken dat aanvoelen. Om te beginnen is er de veelvuldige inzet van gevechtsvliegtuigen in de strijd in Afghanistan. Volgens het Center for Strategic and International Studies in Washington werden er de voorbije jaren dubbel zoveel luchtaanvallen uitgevoerd in Afghanistan als in Irak. De bombardementen en beschietingen vanuit de lucht zijn verantwoordelijk voor relatief veel slachtoffers bij de Afghaanse burgerbevolking –niet meteen een snelle manier om die harten en geesten in de afgelegen dorpen te winnen. Het feit dat België nu net vier F-16’s in de strijd gooit, verhoogt de kans dat onze militairen ongewild mee verantwoordelijk worden voor de vervreemding tussen de internationale gemeenschap en de Afghaanse dorpen. En als er dan toch terroristische plannen gesmeed worden, dan komt Brussel vanaf nu veel duidelijker in het vizier.
Daarnaast is er de bewering van Robert Gates dat een Afghanistan zonder Navo-gevechtstroepen vanzelf zal veranderen in een Al Qaeda-staat. Mijnheer Gates weet het wellicht nog niet, maar Alqaedistan bestaat nu al. Het probleem voor de westerse alliantie is dat die vrijstaat binnen de staatsgrenzen van een belangrijke bondgenoot ligt: Pakistan. Als de Navo echt de dreiging van het internationale terrorisme met wortel en tak uit de dorre West-Aziatische grond wil rukken, dan kunnen wij zonder veel problemen enkele nuttige locaties aanduiden op Pakistaans grondgebied waar het goed beginnen zou zijn. Maar zo lang de alliantie de ogen dichtknijpt voor wat er bij bondgenoot Musharraf allemaal gebeurt, is de retoriek over vrede en veiligheid in Afghanistan totaal ongeloofwaardig. Trouwens, een beetje internationaal terrorist weet intussen dat het zelfmoord zou zijn om een –volkomen hypothetische– terugtrekking van Navo-troepen uit Afghanistan te beantwoorden met een snelle machtsovername in Kabul. Al Qaeda en consorten zijn véél veiliger in de Pakistaanse bergen.
Als de Navo een alliantie wil sluiten tegen Al Qaeda, dan moet Evere dringend gaan praten met de Pashtun clanleiders aan beide kanten van de grens. De jonge generatie Talibans is de oude generatie stamoversten namelijk in snel tempo aan het opruimen om de traditionele tribale wetten eindelijk te kunnen vervangen door hun onbarmhartige, salafistische dogmatiek. Daardoor ondergraven ze hun eigen verblijfsstatuut in de tribale gebieden, maar het onvermogen van het Westen om in de logica en de cultuur te treden van de mensen die het zogezegd wil bevrijden, legt een bom onder elk nieuw contingent soldaten dat het terrein op wordt gestuurd. Maar luisteren naar oude mannen met baarden, dat zal wel niet weggelegd zijn voor gladgeschoren mannen met een overdosis testosteron.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.