Windenergie kan in 2030 kwart van Chinese stroom leveren

China investeert in hoog tempo in nieuwe hernieuwbare energie. Vorig jaar was windenergie nog maar goed voor 3 procent van zijn elektriciteitsverbruik, maar dat aandeel kan groeien tot 26 procent tegen 2030, berekende het MIT. Dat is bijzonder goed nieuws voor het klimaat, want China is momenteel de grootste uitstoter van broeikasgassen ter wereld.

Slim inplannen

In tegenstelling tot andere studies, die vooral naar de geologische mogelijkheden keken om het potentieel van windenergie in het land in te schatten, hield de MIT-studie ook rekening met de simulaties van het Chinese stroomnet. De conclusie is opvallend: China kan nieuwe windmolenparken beter niet zomaar plannen in de gebieden met het meeste wind – wel op plekken die optimaal zijn aangesloten zijn op het net.

‘Windmolenparken in afgelegen gebieden halen wel voordeel uit de fysieke omstandigheden maar lijden tegelijk onder de heersende beperkingen van het stroomnet’, zegt Valerie Karplus, assistent-hoogleraar aan de MIT Sloan School of Management. ‘Dat leidt tot hogere transmissiekosten en bijkomende kosten als de beschikbare energie niet verbruikt wordt.’

Als er met die beperkingen van het stroomnet rekening wordt gehouden, komt amper 10 procent van de geografisch interessante gebieden voor windenergie in aanmerking. Maar dat is ruim voldoende om aan 26 procent van de elektriciteitsvraag te voldoen, stelt de studie.

Steenkool

De echte uitdaging bestaat erin het stroomnet, dat traditioneel is afgestemd op de productie van steenkoolcentrales, aan te passen aan de introductie van windenergie, zeggen de auteurs. Windenergie is variabel en vraagt meer flexibiliteit.

Steenkoolcentrales zouden die flexibiliteit kunnen opvangen, maar de Chinese wetgeving eist een minimum output om de winstgevendheid van de centrales te verzekeren. Als die regels flexibeler worden, kan dat meer ruimte voor windenergie creëren, stelt de studie.

Nieuwe regelgeving en ingrepen in de toewijzing van stroomcontracten op lange termijn kunnen zo het aandeel van windenergie in de stroomproductie zelfs richting een derde duwen.