Burgeroorlog in Soedan wakkert honger en ondervoeding in hele regio aan

Het Wereldvoedselprogramma van de Verenigde Naties waarschuwt dat minstens 25 miljoen mensen in Soedan, Zuid-Soedan en Tsjaad te kampen hebben met honger en ondervoeding. Door de burgeroorlog worden de buurlanden overspoeld met vluchtelingen en krijgen hulporganisaties voedsel niet op de plaatsen waar het nodig is.

Het geweld in Soedan verdrijft elke week duizenden families uit hun huis, ze zijn gedwongen om veiliger oorden op te zoeken in buurlanden Tsjaad en Zuid-Soedan.

Bloedige machtsstrijd

‘We zien geen signalen dat het aantal gezinnen dat over de grenzen vlucht zal afnemen. De kinderen en vrouwen die naar Zuid-Soedan of Tsjaad gaan, zijn hongerig en komen zonder middelen aan’, zegt Michael Dunford, regionaal directeur voor Oost-Afrika van het Wereldvoedselprogramma (WFP). In het Zuid-Soedanese grensstadje Renk, vanwaaruit Dunford hulpacties coördineert, zijn al een half miljoen mensen terechtgekomen op de vlucht voor oorlogsgeweld.

Honger en acute ondervoeding zijn sterk gestegen in Soedan sinds in april vorig jaar een bloedige machtsstrijd uitbrak tussen de milities van de Rapid Support Forces en het Soedanese regeringsleger.

Vandaag zijn 18 miljoen mensen in Soedan acuut voedselonzeker, dat betekent dat hun leven of bestaan in gevaar is omdat ze niet voldoende voedsel kunnen consumeren. Ongeveer 3,8 miljoen Soedanese kinderen jonger dan 5 jaar zijn ondervoed.

De meesten zitten vast in gebieden waar actief gevochten wordt en waar het WFP en andere hulporganisaties moeite hebben om toegang te krijgen. Degenen die kunnen ontsnappen, vluchten naar plaatsen zoals Zuid-Soedan of Tsjaad, wat de toch al erbarmelijke humanitaire situaties in beide landen verergert.

Tijdelijke vluchtelingenkampen

Degenen die vandaag in Zuid-Soedan aankomen, voegen zich bij gezinnen die al te kampen hebben met verlaagde rantsoenen en extreme honger. Ondervoeding neemt snel toe onder kinderen die verblijven in tijdelijke vluchtelingenkampen.

Volgens cijfers van het WFP is ongeveer 4 procent van de min vijfjarigen die de grens met Zuid-Soedan oversteken, bij aankomst ondervoed. In het transitkamp in Renk, stijgt dit percentage echter naar 25 procent, wat aangeeft dat hoe langer mensen in de geïmproviseerde kampen verblijven, hoe groter de kans is dat ze ondervoed raken.

‘In Soedan heerst momenteel een aanhoudende humanitaire ramp, een mogelijke hongersnood, en een groeiende behoefte aan hulp’, zegt Dunford. ‘Als dit conflict niet wordt opgelost, als humanitaire organisaties geen onbeperkte toegang krijgen en als er geen financiering wordt ontvangen, zal deze crisis alleen maar verergeren.’