Witte Huis schrapt bijdrage UNFPA onder druk anti-abortuslobby

Een delegatie van het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken stelde
na een recent bezoek aan China nochtans geen bewijs te hebben gevonden voor
steun of samenwerking van UNFPA aan programma’s van gedwongen
zwangerschapsonderbrekingen of sterilisaties. Presidentswoordvoerder Richard
Boucher stelde niettemin dat UNFPA met overheidsagentschappen samenwerkt die
in sommige regio’s onder dwang aan geboortebeperking doen. We gaan geen
geld geven aan een VN-programma dat geld geeft aan een Chinees agentschap
dat gedwongen abortussen uitvoert, zo luidde het.

De beslissing stuit op scherpe kritiek van vrouwenrechten- en
bevolkingsorganisaties, die verwijzen naar het gunstig advies van de
onderzoekscommissie van Buitenlandse Zaken. Die pleitte UNFPA vrij van
betrokkenheid bij dwangmatige elementen in wetgeving en praktijk en riep
op de 34 miljoen die door het Congres, het Amerikaanse parlement, opzij
waren gezet aan het bevolkingsfonds te geven.

Volgens UNFPA maakt het verlies aan middelen het agentschap het komende jaar
minder efficiënt in het voorkomen van 800.000 abortussen en de dood van
4.700 moeders en 77.000 kinderen jonger dan vijf. UNFPA steunt geen
maatregelen die onder dwang worden opgelegd, nu niet, vroeger niet en ook in
de toekomst niet, zo reageerde Thoraya Obaid, de directrice van het
bevolkingsfonds, De vrouwen en kinderen van de wereld zullen hiervan het
slachtoffer worden.

In de voorbije jaren hield Washington in zijn bijdrage het aandeel voor
China achter en gaf het wat meer voor de activiteiten van het
bevolkingsfonds in andere landen. We hadden hetzelfde kunnen doen dit jaar
en zo Amerikaanse belastinggeld gebruiken voor levensreddende initiatieven
in 141 andere landen, aldus Obaid. UNFPA krijgt jaarlijks een kleine 300
miljoen dollar vrijwillige bijdragen, waarvan twee procent wordt besteed in
China.

De Amerikaanse president Bush had in zijn begrotingsvoorstel vorig jaar zelf
25 miljoen dollar voor UNFPA gevraagd. VS-minister voor Buitenlandse Zaken
Colin Powell noemde het werk van UNFPA dit jaar nog van onschatbare
waarde. Het was Powell die een compromis uitwerkte tussen de
anti-abortuslobby in het door Republikeinen gedomineerde Lagerhuis en de
Senaat, die graag meer dan 25 miljoen dollar had gegeven.

Uiteindelijk werd het 34 miljoen dollar, maar conservatieve Republikeinen
zijn er nu toch in geslaagd de fondsen te blokkeren. De beschuldigingen aan
het adres van UNFPA zijn afkomstig van het Population Research Institute
(PRI), een spin-off van de anti-abortusorganisatie Human Life International.
De stichter van HLI is de benedictijn Paul Marx, die ooit de Amerikaanse
joden ervan beschuldigde verantwoordelijk te zijn voor de doelgerichte
vernietiging van 30 miljoen ongeboren levens in dit land, aldus een artikel
in het internetnieuwsmagazine Salon.com.

PRI-directeur Steven Mosher, auteur van anti-Chinese boeken als Hegemon:
China’s Plan to Dominate Asia and the World, heeft UNFPA ervan beschuldigd
deel uit te maken van een samenzwering om een Nieuwe Wereldorde te
vestigen. De antropoloog Mosher werd in de jaren tachtig door de
universiteit van Stanford aan de deur gezet wegens illegaal en onethisch
gedrag tijdens zijn veldonderzoek over familieplanning in het zuiden van
China.