'Peer review' blijft grote uitdaging voor Afrika

Zambia is bereid experts uit andere Afrikaanse landen toe te laten een oordeel te vellen over de deugdelijkheid van zijn bestuur. Veel andere Afrikaanse landen zijn nog niet zo ver. Critici vinden dat het African Peer Review Mechanism (APRM) zichzelf slecht verkoopt.








Als het toelatingsproces afgerond raakt, zal Zambia als 24ste land toetreden tot het APRM. Het initiatief werd twee jaar geleden gelanceerd en hangt samen met het New Partnership for Africa’s Development (NEPAD), een ontwikkelingsplan dat meer investeringen en hulp wil aantrekken voor Afrika in ruil voor goed bestuur. Landen die toetreden tot het Peer Review-mechanisme, zetten hun interne keuken op geregelde tijden open voor pottenkijkers uit andere Afrikaanse landen. Dat moet investeerders en donorlanden meer vertrouwen geven in die landen. NEPAD hoopt op termijn 64 miljard dollar per jaar naar Afrika te kanaliseren.

Maar dat perspectief is voor de meerderheid van 53 leden van Afrikaanse Unie blijkbaar nog niet aanlokkelijk genoeg om andere landen zomaar inzage te geven in hun beleidsvoering. Veel Afrikaanse regeringen kunnen nog geen overtuigende resultaten voorleggen in de strijd tegen corruptie, nepotisme, een overvet staatsapparaat en twijfelachtige bestedingen van schaarse openbare middelen. Landen die deel willen uitmaken van NEPAD verplichten zich er ook toe om de rechtsstaat, de mensenrechten en eigendomsrechten te respecteren - elementen die investeerders bijzonder interesseren. Ook op die vlakken voelen veel Afrikaanse landen zich nog niet gemakkelijk.

Maar volgens Ayesha Kajee, een onderzoekster van het South African Institute voor Internationale Betrekkingen in Johannesburg, wil de aarzeling van veel landen niet zeggen dat ze het APRM afwijzen. Sommige landen willen zich voorbereiden op de eerste controle. Ze willen eerst hun huis op orde hebben. Landen als Ivoorkust of Somalië zijn verwoest door een burgeroorlog en zijn nog helemaal niet klaar voor een onderzoek. Nog andere landen staan voor verkiezingen en willen die eerst achter de rug hebben.

Kajee, die zich specialiseert in goed bestuur, vindt wel dat er een grote communicatiekloof gaapt tussen het APRM-secretariaat in Johannesburg en de Afrikaanse regeringen. Anderen delen die opinie. Zelfs landen die tot het APRM zijn toegetreden, weten niet veel over het proces, zegt Prince Mashele, een onderzoeker aan het Instituut voor Veiligheidsstudies in het Zuid-Afrikaanse Pretoria. Volgens hem vrezen veel Afrikaanse leiders dat de controles afbreuk doen aan hun soevereiniteit. Mashele vindt dat de landen die NEPAD opzetten - Zuid-Afrika, Nigeria, Egypte en Algerije - meer overtuigingswerk moet verrichten.

In februari licht een APRM-team Uganda door. Volgens Saul Kaye, de directeur van het Ugandese Planbureau, zijn Ghana, Rwanda, Mauritius en Kenia al eerder onder de loep genomen. Maar volgens Mashele zijn er geen garanties dat meer openheid en aandacht voor goed bestuur opeens veel meer geld naar Afrika zal doen stromen. Afrikaanse leiders hebben veel werk voor de boeg om Afrika op de internationale agenda te plaatsen in het licht van de ramp in Azië. (PD)

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.