Over maagdelijk woud en staatzaad

Het economisch moeras van Congo onder Mobutu en de oorlog in het land in de periode daarna, leidden ertoe dat het land verre van haar potentieel aan landbouwproductie realiseert (zie Honger in het paradijs, het eerste deel van deze reportage). Maar ook de gebruikte landbouwtechnieken zijn oorzaak van het probleem: deze laten geen hoge rendementen toe.

  • Woody Collins Een plantenkwekerij in Bulape, Centraal-Congo Woody Collins
  • MO* Maagdelijk woud wordt in de traditionele landbouw vaak gekapt en afgebrand MO*

Dat blijkt als we het BTC-programma voor zaadverbetering –Appui au Secteur Semencier (ASS)– bezoeken in Bandundu. Onder Mobutu werd landbouwzaad geproduceerd op staatsboerderijen. De poging van de Wereldbank, eind jaren tachtig, om die activiteit te privatiseren door ze uit te besteden aan de grote agromultinationals, mislukte. Tegen 2005 was de zaadproductie één grote chaos: er was geen filière meer die kwaliteitszaad maakte. Boeren kochten wat op de markt beschikbaar was, met zeer bescheiden en onvoorspelbare rendementen tot gevolg.

Het ASS heeft in een aantal regio’s terug wat lijn gekregen in de zaadketen: het onderzoeksinstituut INERA produceert, eveneens met BTC-steun, de basiszaden en die worden dan ter beschikking gesteld van boeren en lokale verenigingen die zich willen specialiseren als zaadproducent. Velen onder hen hebben nog veel te leren en hebben moeite om hun producten aan de man te brengen.

Anderhalve ton maïs per hectare

Zelfs met die betere zaden, komt men tot een rendement van een tot anderhalve ton maïs per hectare. Vergelijk: in België levert een hectare maïs makkelijk tien ton op. ‘Toch is dat een serieuze verbetering tegenover de gemiddelde opbrengst van 800 kilo per hectare in Bandundu’, benadrukt professor Tollens.

Tijdens een bezoek aan de vereniging APSEM, die in Lusanga zaad produceert onder toezicht van ASS, zien we heel wat onkruid op het veld staan. De maïs is nogal dun gezaaid. Directeur Joseph Mbulu hoopt op geld van donoren om zijn zaad te promoten in andere delen van Bandundu. Die afwachtende houding is merkwaardig want APSEM heeft liefst honderd hectare grond gekregen van de voormalige staatzaadboerderij. ‘Als jullie elk jaar een hectare maniok kweken, ben je verzekerd van 1500 euro per jaar. De maniok zou je bank zijn. Zou je daarmee geen vertegenwoordiger van je zaden kunnen betalen?’, vraagt Aimé Makombo. Joseph kijkt wat bedremmeld voor zich uit. Een van de moeilijkheden waar ASS mee worstelt, is dat het niet evident is om van ambtenaren en boeren gedreven zaadverkopers te maken.

Als Bandundu –en vooral het district Kwilu– de graanschuur van Kinshasa wordt genoemd, dan is dat dus niet door zijn indrukwekkend rendement maar omdat er veel grond is, én omdat de bevoorrading van Kin nu zoveel makkelijker is dankzij het herstel van de weg tussen Kin en Kikwit; de 530 kilometer rijd je nu in acht uur.

 

Maagdelijk woud

Boer Samsabakana in het dorpje Kimbinga, op veertig kilometer van Kikwit, bezit veertig hectaren, waarvan de helft nog mbalaka is –maagdelijk woud. Hij noemt zich een middelgrote boer. Samsabakana: ‘Sommige gewassen als maniok en rijst groeien beter in het woud. Daartoe zal ik dan een stuk woud kappen en afbranden. Dan heb ik ook minder werk om het onkruid te wieden. Maar ik zal niet alles kappen want ik wil dat mijn nakomelingen ook nog woud hebben.’

Ook Geneviève Munene, een van de beste zaadvermenigvuldigers van ASS, heeft haar zaadveldje met arachides (aardnoten) geplant op brandgrond. Branden is nu eenmaal veel makkelijker dan onkruid met de hand uittrekken. Alles moet hier immers met menselijke energie gebeuren en de hitte valt als een loden deken op je. ‘De vrouwen zijn oververmoeid’, zegt Tollens.

Benjamin Mayema, die in Bandundu Senasem leidt, de overheidsdienst die de kwaliteit van de zaden onderzoekt en certificeert, is ongewoon hard voor de Congolezen: ‘We hebben het klimaat, het water en de grond om hier het paradijs op aarde te realiseren. Alleen zou je dan de Congolezen moeten verjagen en hier een volk laten wonen dat de grond bewerkt. Onze mensen zijn gewoon om te plukken; ze moesten nooit vechten om te overleven. Met de bevolkingstoename komt daar stilaan verandering in maar het gaat te traag.’

Een bezoek aan Kenia heeft ook boerenleider Paluku Mivimba de ogen geopend: ‘In Kenia zijn de boeren veel ambitieuzer. Ze produceren echt voor de markt. Dat gebeurt bij ons veel te weinig.’

Lees verder

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.