Keniaanse media mee schuldig aan geweld
Net als bij de genocide in Rwanda zijn ook de Keniaanse media mee verantwoordelijk voor het etnische geweld in de voorbije weken. Dat bleek tijdens een congres waarop de Keniaanse media zichzelf onder de loep namen.
Kwamboka Oyaro . 3 februari 2008
Het symposium was georganiseerd door Internews, een internationale ngo die rond media en informatie werkt, met het doel de Keniaanse media een spiegel voor te houden. Daaruit bleek dat de media, en met name kleinere radiostations die in lokale dialecten uitzenden, voor een deel verantwoordelijk zijn voor het geweld. Die conclusie doet denken aan de beruchte rol van radiostations tijdens de Rwandese genocide, waarbij veertien jaar geleden in amper honderd dagen bijna één miljoen doden vielen.
Volgens David Ochami, lid van de Mediacommissie in Kenia, wakkerden de radiostations het etnische bewustzijn bij de luisteraars al lang voor de verkiezingen aan, zodat ze “leiders van hun eigen stam zouden steunen en haatgevoelens kregen tegen leden van andere gemeenschappen.”
“De etnische haat die ons radiostation propageerde tegen leden van andere gemeenschappen was ongelooflijk,” vertelde een radiojournalist op het forum. “We vergaten onze professionele plicht van objectiviteit en neutraliteit. De polarisatie op de nieuwsredactie was zo groot dat sommige journalisten weigerden om nieuws voor te lezen dat negatief was voor hun kandidaat.”
In aanloop naar de verkiezingen werden op de lokale media ook opzwepende reclameboodschappen uitgezonden. “Zowel gedrukte media als radio- en televisiezenders waren verblind door geld, ze vergaten hun verantwoordelijkheid en zonden de haatspotjes uit”, zegt Mildred Baraza, journalist in Nairobi.
De deelnemers aan het forum legden de schuld voor een deel ook bij de eigenaars van de zenders. “Zij hebben belangen bij het succes van een bepaald politiek kamp”, zegt een reporter bij de Kenya Broadcasting Corporation (KBC). “Soms brachten we schitterend beeldmateriaal mee van op het terrein, maar wisten we dat het nooit uitgezonden zou worden.”
“De media vertelden de waarheid niet over wat er aan het gebeuren was”, zegt David Ochami. “De crisis werd herleid tot een conflict tussen twee etnische groepen. Alle andere verhalen en nuances werden genegeerd.”
Volgens David Ochami, lid van de Mediacommissie in Kenia, wakkerden de radiostations het etnische bewustzijn bij de luisteraars al lang voor de verkiezingen aan, zodat ze “leiders van hun eigen stam zouden steunen en haatgevoelens kregen tegen leden van andere gemeenschappen.”
“De etnische haat die ons radiostation propageerde tegen leden van andere gemeenschappen was ongelooflijk,” vertelde een radiojournalist op het forum. “We vergaten onze professionele plicht van objectiviteit en neutraliteit. De polarisatie op de nieuwsredactie was zo groot dat sommige journalisten weigerden om nieuws voor te lezen dat negatief was voor hun kandidaat.”
Haatreclame
In aanloop naar de verkiezingen werden op de lokale media ook opzwepende reclameboodschappen uitgezonden. “Zowel gedrukte media als radio- en televisiezenders waren verblind door geld, ze vergaten hun verantwoordelijkheid en zonden de haatspotjes uit”, zegt Mildred Baraza, journalist in Nairobi.
De deelnemers aan het forum legden de schuld voor een deel ook bij de eigenaars van de zenders. “Zij hebben belangen bij het succes van een bepaald politiek kamp”, zegt een reporter bij de Kenya Broadcasting Corporation (KBC). “Soms brachten we schitterend beeldmateriaal mee van op het terrein, maar wisten we dat het nooit uitgezonden zou worden.”
“De media vertelden de waarheid niet over wat er aan het gebeuren was”, zegt David Ochami. “De crisis werd herleid tot een conflict tussen twee etnische groepen. Alle andere verhalen en nuances werden genegeerd.”
Maak MO* mee mogelijk.
Word proMO* net als 2781 andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.
Meer verhalen
-
Commentaar
-
Analyse
-
Nieuws
-
Opinie
-
Analyse
-
Wereldblog