Frans van Daele (Navo-ambassadeur): 'Zestig jaar vrede'

Frans van Daele is ambassadeur van België bij de Navo
Wat is de inzet van de Navo-top in Straatsburg?
Van Daele: De top van Straatsburg-Kehl is in de eerste plaats een verjaardagstop. Het is overigens niet zonder reden dat Parijs en Berlijn gevraagd hebben dat die top op het grondgebied van de twee landen zou plaatsvinden. Omdat zij op die manier tot uiting willen brengen hoezeer de Navo bijgedragen heeft tot de pacificatie van Europa, en eigenlijk ook het veiligheidsscherm geweest is waarachter de EU –en dus de hele Europese verzoening– heeft kunnen groeien en bloeien. Dus dat is een eerste algemene inzet voor die top: iets tot uiting brengen wat het verleden betreft.
Tegelijkertijd is dit de top van de kennismaking tussen de Europese leiders en de nieuwe Amerikaanse president, waarvan de verkiezing met zoveel geestdrift ook in Europa begroet is. Alle signalen en tekenen die wij ontvangen hebben, wijzen op een zeer grote toenadering in posities en analyse, in ontleding en in stellingnames, tussen de nieuwe Amerikaanse administratie en vele Europese hoofdsteden, en uiteraard zal Straatsburg dat ook op het hoogste niveau tot uitdrukking brengen.
Welke thema’s staan in Straatsburg op de agenda?
Van Daele: In hoofdzaak zullen drie bijzondere onderwerpen bij die gelegenheid aan bod komen: Afghanistan, Rusland en het strategisch concept.
Inzake Afghanistan is het de bedoeling om gemeenschappelijk te onderlijnen hoe belangrijk de stabilisering van Afghanistan is, hoe belangrijk het is om dat land zelfbedruipend te maken en te helpen om zijn eigen stabiliteit en veiligheid te verzekeren, zodoende dat het niet meer kan dienen als uitvalsbasis waartoe het gediend heeft in het verleden. Die stabiliteit en veiligheid verzekeren, veronderstelt natuurlijk wederopbouw, good governance. Daar wordt hard aan gewerkt, daar valt nog heel wat aan te doen. Dit is een werk dat niet van vandaag op morgen kan afgemaakt worden.
Maar ik denk dat men op de top van Straatsburg dat strategisch objectief –en de inzet die we allen gezamenlijk daartoe geven– nog eens duidelijk in de verf gezet zal worden.
Navo-critici noemen Afghanistan wel eens het Viëtnam van het bondgenootschap. Terecht?
Van Daele: Ach, ik denk dat vele vergelijkingen mank lopen. Elk land, elk conflict heeft zijn eigenheden, bevindt zich in zijn eigen tijdsgewricht.
Als je het op langere termijn bekijkt, als je de situatie vergelijkt met acht jaar geleden, dan zie je dat de levensomstandigheden in Afghanistan zeer sterk verbeterd zijn. Althans in een belangrijk gedeelte van het land. Als je kijkt naar het aantal kinderen dat naar school gaat, de verspreiding van de basiszorgen…
Dat neemt niet weg dat er heel veel problemen zijn. De politie werkt niet zo goed als we dat zouden wensen. Er is het probleem van de drugs –maar dat is dan vooral een probleem in de provincies waar de vijandelijkheden zijn. Samengevat: de vooruitgang tussen 2001 en 2009 is duidelijk aanwijsbaar. En de manier waarop het Afghaanse publiek daarmee omgaat, lijkt dat te bevestigen. Dat neemt niet weg dat de Afghanen op een heleboel domeinen nog terecht kritisch blijven.
U bedoelt daarmee het militaire luik?
Van Daele: Dat is maar een onderdeel natuurlijk, het is geen doel op zich. Het militaire luik is bedoeld om de veiligheidsomstandigheden te scheppen waarbinnen wederopbouw, bestuur en ontwikkeling mogelijk worden –“comprehensive approach”, zoals dat in ons jargon heet. Op dat militair vlak is er de laatste twee jaar minder vooruitgang gemaakt.
Het tweede agendapunt in Straatsburg is Rusland. Komt het nog goed tussen Brussel en Moskou?
Van Daele: Wat Rusland betreft, is het heel duidelijk dat de nieuwe Amerikaanse administratie het sterk eens is met de meeste Europese landen dat een grote inspanning moet geleverd worden om de dialoog met Rusland –die onderbroken werd ingevolge het Georgië-conflict– opnieuw aan te vatten. Dialoog op de eerste plaats om samen te werken daar waar kan samengewerkt worden. Maar tevens ook om te spreken over de dingen waarover duidelijk meningsverschillen bestaan: Georgië, het CFE-verdrag en de uitbreiding van de Navo.
Met andere woorden: het is wel degelijk de bedoeling om alle dialoogkanalen –die op een laag pitje geraakt waren na Georgië– terug volledig te openen, en samen te werken waar we kunnen, en onze meningsverschillen duidelijk op tafel te leggen waar het moet.
Is de Navo bereid om Rusland tegemoet te komen door dossiers op te geven zoals het raketschild of de toetreding van Georgië en Oekraïne?
Van Daele: Het is in elk geval de bedoeling om terug met Rusland tot een duidelijke spraakregeling te komen, om terug een volwaardig gesprek met Rusland op gang te brengen en te blijven voeren. Dat betekent natuurlijk niet dat dit alleen volstaat om een aantal punten van wrijving –en die zijn er duidelijk– plots als bij toverslag te doen verdwijnen.
Maar in mijn beroep heb ik allang geleerd dat als je met meningsverschillen zit, de enige manier om daar iets aan te doen is door met mekaar te praten. En te zien waar de marges liggen, welke overeenkomsten er kunnen zijn, of een vergelijk mogelijk is. En hopelijk leidt die nieuwe gemeenschappelijke transatlantische gespreksbereidheid aan Russische zijde tot een gelijkaardige openheid.
Wat is precies dat “strategisch concept” dat in Straatsburg ter sprake zal komen?
Van Daele: Dat is een soort mission statement. Het strategisch concept is iets dat het Atlantisch bondgenootschap ongeveer eens om de tien jaar bekijkt. De laatste vernieuwing dateert van de vijftigste verjaardag van de Navo –van tien jaar geleden dus. Het is de bedoeling na de top van Straatsburg-Kehl na te denken over de herziening van het strategisch concept. De weg daarheen zal worden afgebakend in een “Verklaring over de Atlantische Veiligheid”, waarvan het principe al op de vorige top voorzien werd. Die verklaring zal als het ware het lanceringsplatform zijn voor de werkzaamheden die moeten leiden tot de aanpassing van het strategisch concept.
Maak dat eens concreet. Waar moet de Navo zich in de toekomst mee gaan bezighouden? Navo-administrateur-generaal Jaap de Hoop Scheffer noemde reeds breder politiek overleg rond regio’s als het Midden-Oosten, Afrika en de Kaukasus, en verder energieveiligheid en cyber defense.
Van Daele: Het is natuurlijk moeilijk om vooruit te lopen op gesprekken, onderhandelingen en besprekingen die nog moeten plaatsvinden, maar ik denk dat de inschatting van de secretaris-generaal de juiste is. Omdat het een inschatting is die vertrekt van een aantal nieuwe veiligheidsuitdagingen die hij vermeldt, en waarover men moet nadenken hoe die op de beste manier aangepakt kunnen worden. Je zou er nog andere aan kunnen toevoegen –ik denk aan de recente rol van de Navo (samen met de EU trouwens) ter bestrijding van de zeeroverij.
‘De Navo vormde het veiligheidsscherm waarachter de Europese verzoening heeft kunnen groeien en bloeien.’
Sven Biscop van het KIIB en Alex Bracke van Acos Strat van de Belgische defensie zeggen: ‘Energieveiligheid en cyber defense behoren niet tot de primaire opdracht van de Navo.’
Van Daele: Over energieveiligheid en cyber defense bestaan verschillende denkscholen. Er zijn landen die vinden dat we daar meer gezamenlijk in moeten doen. Andere landen vinden dat we er niet zoveel samen in moeten doen, maar het eerder nationaal moeten aanpakken. Maar er is voor alle landen toch een soort minimum van dingen die je samen moet doen. We hebben bijvoorbeeld allemaal meegewerkt om in Estland een soort instituut van best practices in verband met cyber defense op te richten.
Over energieveiligheid is er toch wel altijd het gevoel geweest dat de Navo moet kunnen bijdragen tot de beveiliging van fysieke energieaanvoerwegen. In zekere zin heeft het Navo-optreden in de Golf van Aden voor de kust van Somalië voor een gedeelte –niet helemaal– daarmee te maken, gezien het aantal olietankers dat langs de zeeroutes vaart.
Hoe kijkt België naar de toekomst van de Navo?
Van Daele: Het Belgische standpunt is dat de Navo een dubbele functie heeft.
Enerzijds heb je de traditionele functie om solidair en collectief de veiligheid te verzekeren tussen een groot aantal landen in Europa en Noord-Amerika. De aard van de dreiging is natuurlijk veranderd. De Sovjetunie bestaat niet meer, maar er zijn andere dreigingen aan de horizon opgedoken. Het gaat om dreigingen waar kleinere landen alleen niet zo eenvoudig mee kunnen omgaan –en waarover velen vinden dat enkel een collectief, solidair antwoord de nodige middelen biedt om erop te antwoorden.
Ik voeg daar onmiddellijk aan toe dat dit wel moet kunnen samengaan met wat we in de Europese Unie proberen te doen, waar we ook die solidariteit op een praktische, pragmatische, operationele manier proberen te beoefenen. En ik denk dat velen zowel nu aan de andere zijde van de oceaan als binnen Europa vinden dat het verder opbouwen van Europese solidariteit in die veiligheidsdomeinen perfect combineerbaar is met het transatlantische verband.
En wat is de andere functie van de Navo?
Van Daele: De Navo is een onderdeel van een transatlantisch netwerk dat Europa en de VS verbindt. Dat netwerk heeft de voorbije jaren sterk onder druk gestaan, maar heeft het toch zeer wel overleefd. Het is trouwens goed dat het het overleefd heeft.
De Navo is onderdeel van een breder geheel. Omdat niet enkel de veiligheidsuitdagingen maar ook de economisch-financiële uitdagingen –ik denk dan aan de verschijnselen die we hebben gezien naar aanleiding van de financiële crisis– er allemaal op wijzen dat afspraken tussen Amerika en Europa broodnodig zijn om dit soort crisissen te kunnen beheren en beheersen. Die samenwerking is natuurlijk ook nodig binnen de EU, maar ook tussen de EU en de VS. Dus dat is de tweede functie: de Navo als een onderdeel van een breder netwerk van transatlantische samenwerking dat ons gezamenlijk de kritische massa geeft om een aantal problemen te kunnen beheren en beheersen.
Sven Biscop van het KIIB zegt daarover: de Navo is de richting kwijt. Er moet eerst duidelijkheid komen over de relatie tussen de EU en de VS, en pas dan kan de Navo verder zijn eigen toekomst plannen. Hij doelt op een soort two pillar structuur binnen de Navo. Deelt u die analyse?
Van Daele: De Navo zal natuurlijk beïnvloed worden door de manier waarop Europa zich versterkt en verstevigt. De Navo zal ook beïnvloed worden door de vermoedelijke terugkeer van Frankrijk in de militaire structuren van de Navo. En in die zin ben ik het eens met professor Biscop dat daar een wisselwerking bestaat, en dat de Navo-toekomst mede zal worden bepaald door wat er in Europa gebeurt.
Ik geloof echter niet dat de Navo moet zeggen: ik sta stil tot de EU zich verder ontwikkeld heeft. Ik denk dat het een dynamisch proces is van wederzijdse wisselwerking, waarbij ze elkaar zullen beïnvloeden over de jaren.
Wanneer kan de Navo-top in Straatsburg-Kehl als geslaagd beschouwd worden?
Van Daele: De top mag als geslaagd beschouwd worden indien hij een bevestiging geeft dat Europa en Amerika mekaar terug gevonden hebben, en terug de handen in mekaar slaan. Dat is belangrijk naar onszelf toe. Het is ook belangrijk dat de top naar de rest van de wereld een beeld biedt van openheid, bereidheid tot samenwerking en medewerking, want het is natuurlijk niet de bedoeling om ons af te schermen of af te scheiden, maar werkelijk om ook naar de rest van de wereld positieve en en productieve netwerken, verhoudingen en betrekkingen op te bouwen.
Volgens de vredesbeweging is de Navo al twintig jaar overbodig.
Van Daele: Zoals ik in het begin gezegd heb, ben ik ervan overtuigd dat de Navo in het verleden een wezenlijke bijdrage geleverd heeft tot de veiligheid van Europa, en ook de voorwaarden geschapen heeft waarbinnen de Europese Unie kon groeien en bloeien. Ik weet wel dat men daarover een andere mening kan hebben, en die meningen zijn in het verleden ook vaak genoeg geventileerd.
Naar de toekomst kijkend: het is niet omdat de bedreiging van aard en soort veranderd –en natuurlijk bestaat de Sovjetunie niet langer– dat er geen bedreiging meer is. Er zijn andere gevaren die ons bedreigen. En als multilateralist ben ik ervan overtuigd dat dergelijke dreigingen best het hoofd geboden wordt op een collectieve en solidaire manier. Om te beginnen: Europa. Om verder te gaan: transatlantisch. En zo mogelijk: met zoveel mogelijk andere landen.
Noemt u voor alle duidelijkheid die dreigingen nog eens?
Van Daele: Het zijn de dreigingen die we gekend hebben op het ogenblik van terroristische aanslagen, de mogelijke proliferatie van massavernietigingswapens, om maar een paar voorbeelden te geven –en u heeft er daarstraks zelf nog een paar andere vermeld.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.