FAO luidt alarmklok over visbestanden op volle zee

De regionale organisaties die moeten toezien op het beheer van visbestanden op volle zee doen hun werk niet goed. Twee derde van deze bestanden zijn overbevist of zo goed als verdwenen, zegt de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties in een rapport over toestand van de visserij en de aquacultuur in de wereld.
Een kwart van de door de FAO opgevolgde visbestanden is “overbevist”, “zo goed als uitgeput” of “herstellende”. Dat aandeel blijft al sinds tien tot vijftien jaar stabiel. De toestand is veel dramatischer voor de visbestanden op volle zee, die voor een deel of geheel buiten de economische exploitatiezone van de kustlanden liggen. Twee derde van de bestanden in de open oceaan zijn overbevist of zo goed als uitgeput. Het gaat daarbij om soorten als de blauwvintonijn, de kabeljauw, de heek en de heilbot.
“Hoewel deze visbestanden maar een klein deel uitmaken van de totale visvangst, zijn ze een belangrijke indicator van de toestand van het ecosysteem van de oceanen”, zegt Ichiro Nomura, de assistent directeur-generaal van het visserijdepartement van de FAO.
Het VN-akkoord over de Visbestanden van 1995 bepaalt dat de visbestanden van de open oceaan moeten worden beheerd door regionale beheersorganisaties voor visserij (Regional Fisheries Management Organisations, RFMO’s), met vertegenwoordigers van landen die aan een bepaalde vangst deelnemen. Momenteel bestaan er 39 RFMO’s, die ervoor moeten zorgen dat de visbestanden van de open zee niet worden geplunderd door elkaar beconcurrerende vissersvloten uit verschillende landen.
Zo’n RFMO kan alleen goed werken als de deelnemende landen er zeker van zijn dat ze evenveel inkomsten zullen binnenhalen als wanneer ze er op hun eentje op uit trekken. Dat is nu meestal niet het geval. De RFMO’s hebben doorgaans veel leden en de samenstelling van het lidmaatschap verandert voortdurend. Dat bemoeilijk de uitwisseling van informatie en wederzijdse controle. De verleiding is dan ook erg groot om niet mee te doen aan het gemeenschappelijk visbeheer en te profiteren van de inspanningen van de anderen.
Om daar iets aan te doen, moeten er strengere internationale maatregelen komen om dergelijke ongereguleerde vangsten in gebieden waarover afspraken zijn gemaakt te bestraffen, zo stelt het FAO-rapport. De VN-organisatie heeft daartoe een Internationaal Actieplan tegen Illegale, Ondergereguleerde en Ongereguleerde Visvangst opgesteld dat moet worden vertaald in nationale actieplannen.
De jongste cijfers over de opbrengsten van visvangst en aquacultuur bevestigen een trend die al een tijdje bezig is. De totale opbrengst uit de vangst van wilde vissoorten stagneert tussen de 90 en 95 miljoen ton. Volgens de FAO zit de sector daarmee tegen het plafond: in 2030 zou de vangst van in het wild levende soorten nog altijd 93 miljoen ton opleveren. Een internationaal team van wetenschappers kwam onlangs in het tijdschrift Science door extrapolatie tot de conclusie dat de oceanen tegen 2050 zouden zijn leeggevist.
De opbrengst uit aquacultuur gaat echter gestaag naar omhoog, van 35.5 miljoen ton in 2000 tot 47,8 miljoen ton in 2005. China produceert op zijn eentje bijna 70 procent van die hoeveelheid. De sector groeide er tussen 2000 en 2004 met 5 procent. De snelste groeier is de aquacultuur in ontwikkelingslanden (+11 procent in dezelfde periode), die zich vooral toelegt op garnalen en plantenetende vissoorten.
Visvangst en aquacultuur samen leverden in 2005 141,6 miljoen ton vis op, waarvan 106 miljoen ton bestemd was voor menselijke consumptie. Per aardbewoner komt dat neer op 16,6 kilo vis per jaar, een historisch record. De groei in de aquacultuur zal volgens de FAO volstaan om ook in de toekomst aan de vraag van de groeiende wereldbevolking te voldoen. 2,6 miljard mensen halen minstens een vijfde van hun dierlijke proteïnen uit vis.
Ook de internationale vishandel scheert historische toppen. Met een globale exportwaarde van 55 miljard euro in 2004 is de sector met 23 procent gegroeid tegenover 2000 (+ 17,3 procent wanneer je rekening houdt met de inflatie). De toename is erg uitgesproken in ontwikkelingslanden, waar de netto exportwaarde voor visserijproducten al twintig jaar stijgt, van 3,5 miljard euro in 1984 tot 15,7 miljard euro in 2004.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.