Afrika weldra exporteur van schone lucht?

Afrika staat al langer op de kaart als exporteur van cacao, aardolie of tropische houtsoorten. Weldra komt daar misschien de export van koolstofdioxide (CO2) bij, of beter gezegd van certificaten voor CO2-uitstoot. Dat kan wanneer er onder het “Clean Development Mechanism” van het Kyotoprotocol ook projecten mogelijk worden gemaakt om CO2 zoveel mogelijk gevangen te houden in bossen, oceanen en bodems.
Het dertigtal industrielanden dat het Kyotoprotocol heeft ondertekend, heeft zich ertoe verplicht zijn uitstoot van broeikasgassen tegen 2012 terug te brengen tot 5,2 procent onder het emissieniveau van 1990. Dat kan op twee manieren: door de eigen uitstoot terug te dringen of door zogenaamde “emissiecertificaten” te kopen bij landen die minder vervuilen.
Onder impuls van de Europese Unie ontstond in 2003 een markt van emissiecertificaten voor koolstofdioxide (CO2), een van de voornaamste gassen die bijdragen tot de opwarming van de aarde. Dankzij het zogenaamde Mechanisme voor Schone Ontwikkeling (Clean Development Mechanisme, CDM) kunnen ook ontwikkelingslanden hun voordeel doen bij deze handel.
Landen die investeren in een project om de CO2-uitstoot in een ontwikkelingsland te verminderen, krijgen daarvoor in ruil het recht om zelf meer te vervuilen. Op die manier worden de mogelijke CO2-reducties zo kostenefficiënt mogelijk uitgevoerd, zo luidt de marktlogica.
Tot nu toe profiteerde vooral China van het systeem, met 61 procent van de CDM-projecten. Afrika komt met 3 procent projecten bijna niet in het verhaal voor. Dat komt omdat het continent weinig geïndustrialiseerd is en ook op energiegebied een dwerg is, wat het moeilijk maakt om CO2 te besparen door middel van grote projecten.
Een bijkomende moeilijkheid is dat voor elk CDM-project moet kunnen worden becijferd met hoeveel de CO2-uitstoot is verminderd. Wanneer een investeerder een dorp van elektriciteit voorziet door middel van zonne-energie, moet die kunnen berekenen hoeveel hout of lampolie de dorpelingen normaal gezien hadden verstookt en aantonen dat het dorp zonder het project onmogelijk aan elektriciteit was geraakt. Dan is het veel interessanter om bijvoorbeeld zoals een Nederlands fonds heeft gedaan een waterkrachtcentrale te bouwen in Sierra Leone en daarvoor 880.000 ton CO2 aan emissiecertificaten op te strijken.
Gas vasthouden
Afrika is dus minder geschikt voor projecten om de uitstoot van CO2 te reduceren, maar de kaarten liggen gunstiger voor projecten om het gas vast te houden in zogenaamde “koolstofputten”. Daarmee worden de bodem, de bossen en de oceaan bedoeld, omdat daar grote hoeveelheden CO2 liggen opgeslagen. Dergelijke projecten heten “projecten voor landgebruik, veranderingen in landgebruik en bosbouw, in het jargon afgekort als LULUCF.
Tot 2012 is alleen herbebossing toegestaan als LULUCF-project in het Clean Development Mechanism. Dergelijke projecten maken maar één procent van het totaal uit en kennen ook in Afrika enig succes. Een voorbeeld is de heraanplanting van inheemse boomsoorten in het massief van Aberdares in Kenia, waardoor tegen 2017 375.000 ton CO2 wordt uitgespaard.
Er zijn echter nog andere manieren om voor het behoud van koolstofputten te zorgen. Een daarvan is het tegengaan van ontbossing: wanneer een hectare bos afbrandt, wordt tussen honderd en tweehonderd ton CO2 in de atmosfeer gestoten.
Een voor Afrika veelbelovende aanpak is het zaaien zonder ploegen. Wanneer de grond wordt omgeploegd, verdwijnt er immers heel wat CO2 in de atmosfeer. Er bestaan ook technieken om te zaaien in een laag met stro of plantaardig materiaal zonder de aarde om te ploegen, waardoor de CO2 in de bodem blijft zitten. De productiviteit van de gronden kan ook worden verbeterd door er regelmatig andere gewassen op te kweken.
Projecten tegen ontbossing en voor een meer duurzame omgang met de landbouwgrond worden pas vanaf 2012 ingeschakeld in het Clean Development Mechanism. Maar nu al zijn onderzoekers aan het uitrekenen hoeveel CO2-uitstoot op die manier kan worden vermeden en de landbouwtechnieken in Afrika kunnen worden aangepast. Mogelijk kunnen de kleine boeren in Afrika dan voor het eerst hun graantje meepikken van de mondialisering, ook al gaat het om de mondialisering van de luchtvervuiling.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.