Navi Pillay: ‘Wie mensenrechten verwaarloost, krijgt af te rekenen met veel groter geweld’

De Zuid-Afrikaanse Navi Pillay is een van ‘s werelds meest vooraanstaande juristen en mensenrechtenverdedigers. In 2017 was ze, samen met Pankaj Mishra en Geert Mak, in België voor een MO*lezing. MO* sprak met haar over het belang van universele rechten in een wereld die polariseert en uitsluit.

  • CC Gie Goris (BY NC 2.0) Navi Pillay: 'De Conventie over Burgerlijke en Politieke Rechten stelt dat de staat de vrijheid van meningsuiting kan en moet beperken zodra die uitdraait op een oproep tot geweld of geweld uitlokt. Ook haattaal wordt niet getolereerd onder de vrijheid van meningsuiting.’ CC Gie Goris (BY NC 2.0)
  • CC Gie Goris (BY NC 2.0) Navi Pillay: 'Er waren ook processen waar alleen mannelijke rechters zetelden, en meestal werd daar niet gesproken over seksueel geweld' CC Gie Goris (BY NC 2.0)
  • CC Gie Goris (BY NC 2.0) Navi Pillay: ‘Het vroeg echt veel moed van allebei mijn ouders om vol te houden dat hun dochters een goede opleiding moesten krijgen.' CC Gie Goris (BY NC 2.0)
  • CC Gie Goris (BY NC 2.0) Navi Pillay: 'Ook onder legitieme voorwaarden van gewapende strijd blijft het doden van onschuldige burgers. Niemand kan zich onttrekken aan de rechtspraak, ook vrijheidsstrijders niet – en daar vallen de militanten van IS niet onder wat mij betreft.’ CC Gie Goris (BY NC 2.0)

Navi Pillay is een gekoesterde dochter die Afrika de wereld geschonken heeft om haar deel bij te dragen in de voortdurende zoektocht naar de bescherming van menselijkheid. Haar hele leven symboliseert die zoektocht.’ Aldus schreef Desmond Tutu in het voorwoord van Protecting Humanity. Essays in International Law and Policy in Honour of Navanethem Pillay.

MO*lezing 27 april: Mensenrechten zijn universeel, maar gelden ze ook voor iedereen? 

Navi Pillay: 
‘The universality of Human Rights in a Diverse World’ 

Pankaj Mishra: ‘Rights and Freedoms in an Era of Polarising Extremisms’ 

Geert Mak en Bart Somers gaan in gesprek met Alicja Gescinska over de vraag: overleven universele rechten en vrijheden de 21ste eeuw in Europa? 

MO*lezing i.s.m. Op.Recht.Mechelen. 27 april, 19.30 uur. In het Sint-Romboutscollege, Mechelen. Engels/Nederlands. 

Navanethem ‘Navi’ Pillay was van 2008 tot 2014 de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van de VN. Daarvoor was ze rechter bij het Rwandatribunaal in Arusha, waar ze onder meer aan de wieg stond van een uitspraak die verkrachting in bepaalde gevallen erkende als genocide, en acht jaar later, in 2003, werd ze verkozen tot een van de eerste rechters bij het Internationaal Strafhof in Den Haag. Niet slecht voor de dochter van een buschauffeur in Zuid-Afrika, die opgroeide tijdens de harde apartheidsjaren van gescheiden ontwikkeling en wettelijk verankerde discriminatie.

Mogen armen dromen?

Zes jaar was ze, toen ze op weg naar de winkel overvallen werd. De dief, die aan de haal ging met een een maandloon van haar vader, werd gevat en voor het gerecht gebracht. De kleine Navi moest getuigen, de dief werd veroordeeld. ‘Ik herinner me nog heel helder dat mijn vader en ik samen de rechtszaal verlieten’, zegt Pillay. ‘Hij hield mijn hand vast, en ik zei: “En hoe zit het met het geld? Heb je dat teruggekregen?”

Ik wist immers heel goed hoe hard hij moest werken voor dat loon. En ik voelde me schuldig omdat ik de oorzaak was van dat verlies. Maar hij antwoordde: “Maak je geen zorgen om het geld. Ik ben heel trots dat mijn dochter van zes een uitstekend getuigenis gegeven heeft voor de rechtbank.”

Mijn moeders motto was: “Geen enkel meisje zou de slavin van een man moeten zijn.”

Het was een jaar voor de Nasionale Party de beruchte apartheidswetten in Zuid-Afrika invoerde, maar de discriminatie van niet-blanke inwoners was al eeuwenoud. Ook Indische immigranten zoals de familie Pillay moesten daar dagelijks mee leven. Vader Pillay was dus niet geschokt door het feit dat hij zijn maandloon niet terugzag, maar de kleine Navi – née Navanethem – kon daar niet mee leven.

Toen ze dertien was, vertelde ze in de klas dat ze advocaat wilde worden. De leerkracht antwoordde spottend dat haar vader dan wel heel rijk moest zijn, want dat studeren aan de universiteit heel veel geld zou kosten. ‘Ik voelde me daardoor vernederd en schaamde me. Want als je arm bent, ben je heel gevoelig voor elke opmerking die bevestigt dat je armoede je toekomst in de weg staat. Die leerkracht verpletterde mijn onschuldige droom, en dus sprak ik er nooit meer over op school.’

Toch was het die zelfde school die zag hoeveel potentieel Navi Pillay had. Er werd een beurzenfonds opgericht en de leerkrachten gingen van deur tot deur in Clairwood, een sloppenwijk waar geen waterleiding of riolering was, met het verzoek bij te dragen. ‘Ik werd letterlijk door mijn gemeenschap naar de universiteit gestuurd’, zegt ze. ‘Het vroeg echt veel moed van allebei mijn ouders om vol te houden dat hun dochters een goede opleiding moesten krijgen. Mijn moeders motto was: “Geen enkel meisje zou de slavin van een man moeten zijn.” Haar vader had haar onderwijsdromen gedwarsboomd, ze wilde niet dat hetzelfde zou gebeuren met haar eigen dochters.’

CC Gie Goris (BY NC 2.0)

Navi Pillay: ‘Het vroeg echt veel moed van allebei mijn ouders om vol te houden dat hun dochters een goede opleiding moesten krijgen.’

Baanbrekend werk

Zodra Pillay advocaat werd, betaalde ze haar beurzen meteen terug en stortte ze extra geld in het fonds om meer kinderen in staat te stellen te studeren. ‘Vorig jaar ben ik teruggegaan naar Clairwood’, zegt ze, ‘om te vertellen wat ik gedaan heb met de opleiding die de mensen een halve eeuw geleden mogelijk gemaakt hadden. Het was heerlijk om de gemeenschap te kunnen teruggeven wat ik van hen gekregen had.’

Het typeert Navi Pillay dat ze zich vooral de solidariteit in Clairwood herinnert, niet de armoede. ‘Dat was het leven’, reageert ze op de vraag of armoede haar getekend heeft. ‘Wisten wij veel.’ Nochtans was het Zuid-Afrika waarin ze uiteindelijk afstudeerde allesbehalve een stimulerende omgeving voor een jonge en intelligente vrouw van Indische afkomst. Ze kon bijvoorbeeld op geen enkel advocatenkantoor aan de slag, omdat het in die tijd eenvoudigweg ondenkbaar was dat een blanke secretaresse zou werken voor een gekleurde advocate. Pillay liet zich daardoor niet uit het veld slaan, en werd de eerste niet-blanke vrouw in Zuid-Afrika die een eigen advocatenkantoor opende. Het was een van de vele barrières die ze in haar leven zou doorbreken.

Het was ondenkbaar dat een blanke secretaresse zou werken voor een gekleurde advocate.

In 1995 benoemde Nelson Mandela haar tot rechter bij het Opperste Gerechtshof in Zuid-Afrika – alweer een “eerste keer”. Ze had een band met Mandela, want hij was een van de politieke gevangenen op Robbeneiland die recht op rechtsbijstand gekregen had dankzij een zaak die Pillay gepleit en gewonnen had. Tijdens de apartheidsjaren moest ze ook haar eigen echtgenoot verdedigen, toen die wegens politieke activiteiten opgesloten werd. Dankzij haar was hij de enige van de groep die niet gefolterd werd.

Pillay bleef overigens niet lang bij het Opperste Gerechtshof, want nog dat zelfde jaar werd ze benoemd tot rechter bij het Rwanda Tribunaal, dat in het Tanzaniaanse Arusha een Afrikaans Neurenberg moest worden, waar de verantwoordelijken voor de gruwelijke genocide die het jaar voordien in Rwanda had plaatsgevonden zouden worden berecht.

Verkrachting als vorm van genocide

Een van de belangrijkste vonnissen uit haar carrière is wellicht de uitspraak in de zaak-Akayesu voor het Rwanda Tribunaal, waarin voor het eerst – alweer – gesteld werd dat verkrachting onder bepaalde omstandigheden beschouwd moet worden als genocide. Zou een mannelijke rechter tot dezelfde conclusie gekomen zijn?

Navi Pillay: ‘In de aanklacht was er geen sprake van seksueel geweld, en normaliter houdt een rechter zich daaraan. Maar ik wilde de getuige daarover wel horen, omdat ik wist hoe belangrijk het voor haar was. Er waren ook processen waar alleen mannelijke rechters zetelden, en meestal werd daar niet gesproken over seksueel geweld, vanuit de redenering dat als de vrouwen gedood werden na het seksueel misbruik de focus moest liggen op wat zij beschouwden als het zwaarste vergrijp: de moorden. Het maakt dus wel degelijk een verschil of er al dan niet een vrouwelijke rechter aanwezig is.’

Pillay heeft niet alleen het seksueel misbruik ter sprake gebracht en als oorlogsmisdaad of zelfs genocide gebrandmerkt, ze veranderde ook de definitie van verkrachting. Voor haar voldeed de “mechanische” definitie – waarin sprake moet zijn van penetratie van het vrouwelijke geslacht door een mannelijk geslacht – niet. Ook dat is wellicht een bijdrage die de meerwaarde van een vrouwelijke rechter laat zien.

Dát is hoe een vrouw verkrachting ervaart. Het gevoel dat je beter dood zou zijn dan dit levend te moeten meemaken.

Navi Pillay: ‘Heeft dat te maken met het feit dat ik een vrouw ben? Voor mij had het vooral te maken met wat de getuigen vertelden. Op een bepaald moment vroeg een aanklager aan een getuige: “Maar heeft hij zijn penis in je vagina gestopt?”

Haar antwoord was: “Dat was bijlange niet het enige dat ze me aangedaan hebben. Het waren al die andere vreselijke dingen die ze deden en zeiden. Ze hebben mijn hele lichaam aangerand. Die jongemannen respecteerden mij niet als een moeder.” En ik dacht: “Dát is hoe een vrouw verkrachting ervaart. Het gevoel dat je beter dood zou zijn dan dit levend te moeten meemaken.” Dat heeft me ertoe aangezet echt alles op alles te zetten om de definitie van verkrachting te verruimen.’

Tijdens het proces stelde Navi Pillay vast dat er geen internationaal aanvaarde definitie van verkrachting bestaat. Als rechter in een internationaal tribunaal was ze aangewezen op wat nationale wetgevingen daarover zeggen. Ze stelde vast dat de meeste staten een “mechanische” definitie hanteerden. ‘Het gevolg daarvan was bijvoorbeeld dat de verkrachtingen van jongens in de Bosnische oorlog nooit berecht werden, omdat het seksueel geweld niet paste in het bekende plaatje. Het was volgens de wet geen verkrachting maar sodomie.

We bouwden daarom op de ruimere, progressieve omschrijving die in Duitsland gebruikt werd om een genderneutrale definitie te formuleren. Die definitie werd daarna gebruikt in het Joegoslavië Tribunaal, maar ook in een Zuid-Afrikaanse rechtszaak die leidde tot een aanpassing van de grondwet.’

CC Gie Goris (BY NC 2.0)

Navi Pillay: ‘Er waren ook processen waar alleen mannelijke rechters zetelden, en meestal werd daar niet gesproken over seksueel geweld’

Haat, een mening als daad

Een ander baanbrekend vonnis dat Navi Pillay in het Rwanda Tribunaal afleverde, ging over de verantwoordelijkheid van media zoals de beruchte haatradio Milles Collines. De conclusie was dat de vrijheid van meningsuiting heel belangrijk is, maar niet absoluut. ‘Er zijn andere dingen die wel absoluut zijn, zoals het verbod op folteren. Dat is onder geen enkel beding toegestaan, ook niet als je het wettelijk zo lijkt te regelen dat het uitzonderlijk is of enkel om informatie in te winnen’, verduidelijkt Pillay.

‘Haattaal kan niet worden getolereerd, ook niet onder de vrijheid van meningsuiting.’

De eigenaars van het radiostation Mille Collines en van een krant werden in Arusha schuldig bevonden aan genocide voor de haatpropaganda die ze verspreid hadden. ‘Er zijn dus wel degelijk momenten waarop een mening een misdaad wordt en dus verboden of beperkt moet worden’, zegt Pillay. ‘Artikel 19 van de Conventie over Burgerlijke en Politieke Rechten stelt dat elke staat de verplichting heeft de vrijheid van meningsuiting te garanderen. Maar artikel 20 van dezelfde Conventie stelt dat de staat de vrijheid van meningsuiting kan en moet beperken zodra die uitdraait op een oproep tot geweld of geweld uitlokt. Ook haattaal wordt niet getolereerd onder de vrijheid van meningsuiting.’

Die Mille Collines-uitspraak betrof “traditionele media”, maar kun je dezelfde standaarden van verantwoordelijkheid hanteren voor sociale media, die steeds meer functioneren als hét communicatie-instrument voor politici, pressiegroepen én individuele burgers?

Navi Pillay: Zonder meer. De standaarden voor onlinemeningen zijn dezelfde als in de gedrukte of audiovisuele media, alleen is het veel moeilijker om er zicht op te krijgen en om het allemaal te reguleren. Dit is een nieuw territorium en het is onze taak de algemene normen van mensenrechten en internationaal recht toepasbaar te maken op die nieuwe fenomenen. Overheden moeten instrumenten ontwikkelen om Twitter, Facebook, WhatsApp en andere fora waar meningen geventileerd worden beter te volgen, zodat ze ook in die omgeving hun wetten kunnen doen toepassen.

‘Ook onder de legitieme voorwaarden van gewapende strijd blijft het doden van onschuldige burgers een misdaad.’

Komen we dan niet terecht in een nachtmerrie waarin de overheid zich heel diep in het privéleven van de burgers begeeft, wat niet alleen gebruikt kan worden voor de handhaving van wetten, maar ook voor controle en repressie van onwelgevallige opinies?

Navi Pillay: Het is duidelijk dat alles kwetsbaar is voor misbruik. Vrijheid van meningsuiting wordt misbruikt om kinderen te terroriseren, om vrouwen seksueel te intimideren of te misbruiken, om kwetsbare minderheden te discrimineren en te bedreigen… En natuurlijk vinden de meeste overheden sociale media vreselijk als er video’s of documenten verspreid worden die de corruptie of het wangedrag van politici aantonen. Dat ze dan proberen om die kanalen te sluiten, laat zich raden. Hoe voorkom je dat? Door de rechtbank de nationale wetten, in overeenkomst met de internationale regels, te laten naleven. De rechterlijke macht moet ook rekening houden met de publieke opinie, die bijvoorbeeld corruptie en machtsmisbruik onaanvaardbaar vindt.

Maar die zelfde publieke opinie kan heel goed omslaan naar een roep om wraak of een aparte rechtsbehandeling voor minderheden.

Navi Pillay: Uiteraard. Na elke aanslag of gruweldaad klinkt de roep voor het herinvoeren van de doodstraf. Maar daar moeten de politiek en het gerecht niet aan toegeven, want het gaat in tegen wat mensenrechten vragen. In 2017 zijn er zo’n 150 landen waar de doodstraf afgeschaft is of niet meer toegepast wordt. Dat is een verworvenheid die we niet op het spel mogen zetten om een wraakzuchtige bui van het publiek te behagen. De media hebben een heel belangrijke rol te spelen in het correct informeren van de mensen. Media blijven de belangrijkste bron van informatie over de wereld, ook al vallen ze ten prooi aan het sensationalisme, de propaganda en de nepnieuwsberichten die vandaag geproduceerd worden. Media hebben onverkort de verantwoordelijkheid om de burgers van betrouwbare informatie te voorzien.

CC Gie Goris (BY NC 2.0)

Navi Pillay: ‘Ook onder legitieme voorwaarden van gewapende strijd blijft het doden van onschuldige burgers. Niemand kan zich onttrekken aan de rechtspraak, ook vrijheidsstrijders niet – en daar vallen de militanten van IS niet onder wat mij betreft.’

‘Politici zouden de angsten van mensen niet mogen exploiteren’

Navi Pillay gebruikt het begrip verantwoordelijkheid wel vaker. Niet alleen media moeten zich verantwoordelijk gedragen, ook politici moeten beseffen dat ze verantwoordelijk zijn voor het samenleven van mensen. Verantwoordelijkheid is echter geen gerechtelijke, maar een morele categorie, die dus niet afdwingbaar is. ‘Dat klopt’, reageert ze, ‘en dus moet je volop inzetten op opleiding, opvoeding en bewustmaking.’

Dat klinkt goed, maar we hebben ons gesprek tijdens de eerste week van het presidentschap van Donald Trump, en dus is het besef heel acuut dat vals nieuws, provocerende uitspraken en zelfs discriminerend beleid meer succes lijken op te leveren dan nuance, fact checking en engagement voor de zwaksten. ‘Politici zouden de angsten van mensen niet mogen exploiteren’, vindt ze, tegen beter weten in misschien.

***

Op 27 april geeft Navi Pillay, samen met Pankaj Mishra en Geert Mak, een lezing in het kader van het stadsfestival Op.Recht.Mechelen. Die (MO*)lezing sluit een tweedaags forum af waarop nagedacht wordt over rechten en vrijheden in deze tijden van polarisering. Pillay is zich heel scherp bewust van de moeilijkheden die voor de rechtsstaat gecreëerd worden door het extreme geweld van IS en het terrorisme van de voorbije jaren. Terwijl al dan niet gewapende extremisten de fundamenten van de rechtsstaat proberen aan te vallen en te verzwakken, hopen ze ook op buitensporige reacties die de rechtsstaat van binnenuit verzwakken of uithollen. En al te vaak worden ze op hun wenken bediend met de noodtoestand, uitzonderingsmaatregelen, snelrecht.

‘Het internationaal recht is heel duidelijk over terrorisme en blind geweld’, zegt Pillay. ‘Het zijn misdaden, en elke staat heeft de plicht om zijn bevolking te beschermen tegen dat geweld. Daar verandert geen enkel motief iets aan.’ Ze vertelt over aanslagen die door het ANC gepleegd werden en waarbij voorbijgangers of omstanders gedood of gewond werden. Ze heeft altijd achter de strijd tegen de apartheid gestaan en benadrukt dat er wel degelijk rechtsgronden bestaan voor gewapende strijd: ‘De verdrukte meerderheid had geen stemrecht, geen economische macht, geen vrijheid zelf te kiezen waar te wonen of van wie te houden. Maar ook onder die legitieme voorwaarden van gewapende strijd blijft het doden van onschuldige burgers een misdaad die vervolgd en bestraft moet worden. Niemand kan zich onttrekken aan de rechtspraak, ook vrijheidsstrijders niet – en daar vallen de militanten van IS niet onder wat mij betreft.’

‘De rechtsstaat is eigenlijk een veiligheidsventiel. Neem dat weg, en de boel ontploft op een dag.’

Pillay vindt het dan ook duidelijk dat staten vandaag de plicht hebben om te voorkomen dat jongeren gerekruteerd worden door groepen die geweld gebruiken. ‘En men moet niet aankomen met de stelling dat de een zijn terrorist de ander zijn vrijheidsstrijder is: de wet is heel duidelijk over wat toelaatbaar is en wat niet. Mensenrechten zijn dan ook geen luxe, geen wijsheid achteraf, geen soft onderwerp. Wie mensenrechten verwaarloost, krijgt achteraf af te rekenen met veel groter geweld – kijk naar Syrië.’

Om correct te kunnen reageren op geweld zoals dat nu al jaren plaatsvindt in Syrië, moet je zoeken naar de grondoorzaken van die ontwikkeling, vindt Pillay. ‘En dan zie je dat het meestal begint met lokale grove schendingen van mensenrechten waar nooit wat aan gedaan werd. Er is de uitsluiting van mensen, groepen of hele volkeren van hun politieke rechten. Er is het gebrek aan respect voor fundamentele vrijheden, voor het recht op leven of voor de sociale en economische rechten van mensen. Mensenrechtenschendingen zijn een waarschuwing voor ergere dingen die eraankomen. In Syrië zagen we dat frustraties van mensen tot demonstraties leidden en dat de overheid, in plaats van de dialoog aan te gaan, antwoordde met geweld.’

CC Gie Goris (BY NC 2.0)

Navi Pillay: ‘De Conventie over Burgerlijke en Politieke Rechten stelt dat de staat de vrijheid van meningsuiting kan en moet beperken zodra die uitdraait op een oproep tot geweld of geweld uitlokt. Ook haattaal wordt niet getolereerd onder de vrijheid van meningsuiting.’

Moderne staten hebben een geweldmonopolie om burgers en instellingen te beschermen. De realiteit is dat staatsgeweld vaak gebruikt wordt om burgers te onderdrukken of internationale acties te ondernemen – onder meer in Irak, Afghanistan, Libië en Mali.

Navi Pillay: Meer en meer staten beperken de rechten en vrijheden van burgers, ngo’s en media, met het argument dat die ingrepen nodig zijn om het land te beschermen tegen terrorisme. Maar dat doe je volgens de VN niet door rechten en vrijheden in te perken, maar door vast te houden aan de rechtsstaat. Staten kunnen dus ook niet het recht in eigen handen nemen en bijvoorbeeld Osama bin Laden executeren. Iedereen heeft recht op een eerlijk proces, dat is het onwrikbare uitgangspunt. De rechtsstaat is eigenlijk een veiligheidsventiel. Neem dat weg, en de boel ontploft op een dag.’

Een beleid dat zich houdt aan de rechtsstaat toetst de wetten zelf ook af aan de internationale juridische gegevenheden. Anders krijg je wettelijk georganiseerde schendingen van mensenrechten.

Maar de wet evolueert, via democratisch verkozen meerderheden. Dat kan uiterst onrechtvaardige wetten opleveren, zoals elke Zuid-Afrikaan zich tot vandaag herinnert.

Navi Pillay: Uiteraard kun je verschrikkelijke wetten hebben. We spreken daarom over rule of law (de rechtsstaat, nvdr.) en niet over rule of the law. Een beleid dat zich houdt aan de rechtsstaat toetst de wetten zelf ook af aan de internationale juridische gegevenheden. Anders krijg je wettelijk georganiseerde schendingen van mensenrechten, zoals de apartheidswetten die zelfs van intimiteit tussen mensen met een verschillende huidskleur een misdaad maakten.

Op dit moment worden in verschillende landen wetsvoorstellen uitgewerkt om verdachten van terrorisme het recht op een eerlijk proces te ontzeggen. Dat is een duidelijke schending van het internationaal recht en de mensenrechten, want hoe kun je er dan voor zorgen dat een eerlijke beslissing werkelijk gegarandeerd is? Er is dan geen controle meer op de uitvoerende macht. Ook de tendens om juridisch anders om te gaan met burgers van niet-Europese afkomst dan met “autochtone” burgers is bijzonder zorgwekkend. Dat kan helemaal niet volgens het internationale recht.

Sommigen zeggen dat de erosie van de rechtsstaat en de mensenrechten in Europa gewoon tot een consequentere situatie leidt, aangezien Europa in de rest van de wereld al eeuwen een loopje neemt met mensenrechten en rechtsstaat.

‘Europa zou veel gevoeliger moeten zijn voor uitbuiting en onderdrukking buiten zijn eigen grenzen. Al heeft Europa ook heel veel gedaan vóór de internationale mensenrechten.’

Navi Pillay: Europa heeft zeker een zwaar belast verleden. En dat verleden is niet voorbij of verwerkt. In Namibië loopt nu een zaak tegen Duitsland om erkenning en herstelbetaling te eisen voor de genocide die een eeuw geleden plaatsvond onder Duits koloniaal bestuur. Ook in de de Democratische Republiek Congo wordt het leed van de verkrachting van dat land nog dagelijks gevoeld.

Maar vandaag hebben we de Verenigde Naties en een internationale rechtsorde, al hebben die de economische exploitatie van het Zuiden niet gestopt.Europa zou veel meer moeten beseffen dat uitbuiting en onderdrukking ook verkeerd zijn als ze buiten de eigen grenzen plaatsvinden.

Al moet je ook zeggen dat Europa heel veel gedaan heeft om internationale mensenrechten te verdedigen en te stimuleren. De huidige opkomst van autoritaire leiders bedreigt die verworvenheden echter.

Protecting Humanity. Essays in International Law and Policy in Honour of Navanathem Pillay, edited by Chile Eboe-Osuji is uitgegeven door Martinus Nijhoff Publishers. 882 blzn, ISBN 978-90-04-18378-0

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.